Energielabel in de actualiteit: Uitzending Radar
Voor de zoveelste keer is het energielabel in het nieuws. Dit maal in de uitzending van Radar waar Vereniging Eigen Huis wederom een aanval doet op het huidige labelsysteem en pleit voor een digitaal energielabel. De kijker ziet hoe een woning door drie adviseurs wordt opgenomen. Hoewel de uitkomst onder de streep ongeveer hetzelfde is (2 x een B label en 1 x een C label) blijken er wel individuele meetverschillen te zijn. Terechte vraag van Radar en Vereniging Eigen Huis is hoe het mogelijk is dat je nu gemiddeld € 300 moet betalen voor een label waar onjuiste metingen in zitten terwijl dat voor januari voor € 10 mogelijk was.
Instrument voor bewustwording
Het energielabel is een instrument dat door de overheid wordt ingezet om bewustwording te creëren. Het energielabel heeft tevens een aanjagende functie. Het is nu al zo dat banken en hypotheekverstrekkers betere energielabels belonen met betere voorwaarden en dat dit een positief effect heeft op het aantal maatregelen dat genomen wordt. Daarnaast heeft het een gunstig effect op de kwaliteit van deze genomen maatregelen. De invoering van het uitgebreidere energielabel zorgt er dus direct voor dat er energetische verbeteringen worden doorgevoerd.
De vraag die blijft staan is of een consument dan toch niet meer heeft aan een laagdrempelig, goedkoop label. Mijn antwoord daarop is “nee” en wel om een drietal redenen:
- Wanneer we het digitale label onder de loep nemen zien we dat dit alles op een hoop gooit. Er wordt geen verschil gemaakt in gradaties van isolatie bijvoorbeeld. Hierdoor heeft het ene huis dat laagwaardig geïsoleerd is hetzelfde label als het huis van de buurman dat geïsoleerd is met beter materiaal. Een label dat de verschillende toegepaste isolatiematerialen en installaties tot uiting laat komen in het energielabel stimuleert de gebruiker tot verbeteringen en de markt om innovatief te blijven.
- Een digitaal label werkt koppelverkoop in de hand. Als voorbeeld een denkbeeldig installatiebedrijf dat digitale labels aanbiedt voor een paar euro. Met de verkoop van het energielabel verwerft het bedrijf alle bijzonderheden van een woning en klantgegevens van de bewoner. Vervolgens doet het installatiebedrijf een aangepast aanbod voor een nieuwe CV-ketel. Een onafhankelijk energieadviseur zou ook gekeken hebben naar bijvoorbeeld isolatie. De overheid dient de burger te beschermen en zorg te dragen voor een eenduidig en transparant systeem en mag nooit gelegenheid scheppen voor concurrentievervalsing en afhankelijke consumentenbenadering.
- Als laatste, niet onbelangrijke, punt de regelgeving vanuit Europa. De verplichting dat een gebouw of woning een energiecertificaat nodig heeft bij verhuur of verkoop komt voort uit Europese richtlijn de EPBD (Energy Performance of Buildings Directive). Europa heeft al meerdere malen aangegeven niet akkoord te gaan met het 'doe-het-zelf' label van Nederland en met de invoering van de verbeterde NTA 8800 methodiek op 1 januari 2021 heeft de minister dan ook besloten afstand te nemen van de doe-het-zelf labelmethodiek.
Overgangsfase NTA 8800
Een label via de nieuwe methodiek heeft dus verschillende voordelen ten opzichte van het digitale label. Het feit dat er verschillen in meetresultaten bij de toets van Radar naar voren zijn gekomen lijkt de voordelen te ontkrachten. Belangrijk is mijns inziens wel om de resultaten in de juiste context te beoordelen en te nuanceren. Allereerst zitten we met de invoering van de NTA 8800 in een overgangsfase die op geen enkel vlak soepel verloopt. Problemen bij de examinering van adviseurs, corona lockdowns gedurende omscholingstrajecten, software fouten, haperende databases en een tekort aan adviseurs met werkdruk als gevolg. Kort gezegd hebben we te maken met opstartproblemen. Daarnaast blijft een woningopname mensenwerk en durven we te stellen dat wanneer er nu eenzelfde toets gedaan wordt in andere branches waarbij er sprake is van intensief mensenwerk en procescertificering er evenzeer verschillen in resultaat gezien zouden worden. Het is echter begrijpelijk en terecht dat de consument geen boodschap heeft aan opstartproblemen en voor een prijs van gemiddeld € 250 een juist energielabel wil ontvangen.
Kwaliteitsborging
De bij EPA betrokken stakeholders zijn voortdurend bezig met de vraag hoe de kwaliteit van de labels gewaarborgd kan worden. Op dit moment ligt de focus op het vlottrekken van het systeem maar de afspraak om het veld en de nieuwe methodiek nauwkeurig te monitoren is al aangekondigd. Wat dat betreft is Radar ons een stap voor en benadrukken zij het belang van evaluatie en monitoring.
Het kwaliteitssysteem is momenteel zo ingericht dat controle op de labels door de certificerende instelling na registratie plaatsvindt. Sommige certificaathouders en certificaathouders trekken een dergelijk controlemoment echter al naar voren door de auditor mee te laten lopen met de adviseur tijdens de opname. Op die manier ondervindt een woningeigenaar geen hinder van eventuele interpretatieverschillen en wordt het label pas geregistreerd als het is goedgekeurd. Dit is een van de denkrichtingen waarmee we hopen de kwaliteit van de labels te kunnen verbeteren.
Prijzen energielabels
Tijdens de uitzending kwamen ook de prijzen van de labels aan de orde. Er werden bedragen genoemd van € 500 per label maar naar ons inzien is dat een uitschieter en ligt de gemiddelde prijs tussen de € 200 en € 350. Doordat er momenteel minder adviseurs zijn dan in 2020 en vanwege het feit dat niet alle adviseurs zichtbaar zijn en dus gevonden worden door de consument is er krapte op de markt, wat kan leiden tot prijsstijgingen. Momenteel wordt er op de achtergrond gewerkt aan verbetering van de zichtbaarheid van de EP-adviseur. Dit en een plan om nieuwe adviseurs aan te trekken zal er te moeten leiden dat het tekort aan adviseurs halverwege 2021 vermindert, wat weer van invloed zal zijn op de prijzen.
De demoniserende opstelling ten opzichte van het label en de energieadviseur van Vereniging Eigen Huis helpt de consument mijns inziens totaal niet. De woningeigenaar staat de komende jaren voor de enorme uitdaging om zijn huis energetisch te verbeteren om zo kosten te besparen en te kunnen blijven voldoen aan de veranderende wetgeving. Het blijven hangen in een patstelling met de overheid over wel of geen energielabel werkt ontwrichtend en negatief. Vanuit FedEC gaan wij hierover graag het constructieve gesprek aan. Voor nu is het zaak om de opstartfase heelhuids door te komen zodat we in het tweede kwartaal de methodiek en het veld kunnen gaan evalueren.
Namens FedEC,
Isabelle Sternheim
Voorzitter FedEC